In mijn ideale wereld zouden reguliere en alternatieve geneeskunde veel meer samenwerken. De reguliere gezondheidszorg heeft grote waarde, maar kent ook zijn beperkingen. Beperkingen waarin juist het alternatieve circuit vaak nieuwe zienswijzen en mogelijkheden biedt.
Zo kreeg ik bijna 2 jaar geleden last van een verhoogde schildklier. Van het een op andere moment, steeg mijn hartslag naar 120 slagen per minuut in rust. Mijn hart bonkte in mijn lijf, de onrust raasde door mijn lijf. Normaal kan ik met ontspanning en rustige buikadem binnen mum van tijd weer rustig worden, maar het bleek nu geen enkel effect te hebben. Mijn lichaam leek een eigen leven te leiden, waar ik geen invloed op had.
Uit de bloedtesten en scan in het ziekenhuis bleek direct dat mijn schildklier flink verhoogd was. Ik moest absoluut snel maatregelen nemen, want volgens de internist stond mijn schildklier "op springen". Spontane genezing was volgens hem zo goed als uitgesloten; het zou alleen maar erger worden. Hij schreef mij medicatie voor die mijn schildklierfunctie zou stoppen en ik zou vervolgens hormonen moeten slikken die normaal door mijn schildklier aangemaakt worden.
Enigszins overdonderd door de ernst van mijn klachten, wist ik toch meteen zeker dat ik niet mijn schildklier wilde platleggen. Ik geloof heilig de wijsheid en het herstellend vermogen van het lichaam. Ik ben ervan overtuigd dat alle onderdelen in het lichaam heel nauwkeurig samenwerken en het niet wenselijk is om een functie te blokkeren.
"Er waren ook nog alternatieven", vertelde de internist vervolgens. "Wauw", dacht ik toen. "Eindelijk dringt het dus door. Alternatief en regulier gaan samenwerken. Super!" Maar mijn hoop vervloog gauw toen de arts de alternatieven uitlegde. Alternatief 1 was zo'n hoge dosis radioactief jodium in spuiten, dat de schildklier zou springen en de functie dus vanzelf minder werd. Alternatief 2 was de schildklier operatief verwijderen!